Een goede houding in uw auto is belangrijk om verschillende redenen. Wij leggen u uit waarom.
In de meeste auto’s zijn stoel, stuur, gordels en spiegels zo te verstellen dat er een optimale zitpositie mogelijk is. Een actieve zithouding voorkomt niet alleen rugklachten en vermoeidheid, maar door een goede zithouding heeft u ook goed zicht, kunt u goed sturen en houdt uw lichaam contact met het voertuig, ook als u stuurt. Goed zitten is belangrijk, want zo werken alle airbags in een auto ook optimaal.
Wat een goede zithouding in de auto is, is lang niet voor iedereen duidelijk. Hieronder een aantal simpele stappen:
1. Zorg dat armen en benen licht gebogen zijn
Neem plaats achter het stuur en trap eenmaal het koppelingspedaal in (of de rem als de auto een automatische transmissie heeft). Als uw been hierbij de zitting van de stoel indrukt, dan zit u te ver van de pedalen af. Ga wat dichterbij zitten, zodat uw been een licht gebogen houding aan, wat bij een aanrijding minder ernstig letsel tot gevolg heeft.
2. Stel de rugleuning goed in
Stel de rugleuning zo in dat uw polsen op de rand van het stuur rusten, zonder dat uw schouders loskomen van de leuning. Dit maakt dat uw armen, net als uw benen, een gebogen houding hebben. De plek tussen tien voor twee en kwart voor drie is de beste positie voor uw handen aan het stuur. Dit maakt zaken als richting aangeven of het aanzetten van de ruitenwissers eenvoudiger, omdat deze ook op die positie zitten. De airbag kan zich bij een aanrijding beter en veiliger uitzetten dan wanneer er een hand op de twaalf uur-positie rust.
3. Hoofdsteun op gelijke hoogte met uw hoofd
Als het voertuig voorzien is van in hoogte verstelbare gordels, stel deze dan zo in dat de gordel in een zo recht mogelijke lijn over de schouder naar beneden loopt. Hij moet in ieder geval niet in uw nek snijden of onder schouderhoogte langs lopen.
De bovenkant van de hoofdsteun moet op gelijke hoogte zitten met de bovenkant van uw hoofd. Dit biedt de optimale bescherming bij een kop-staartbotsing en verkleint zo het risico op een whiplash.
4. Buitenspiegel verder naar buiten afstellen
Stel voor vertrek de buitenspiegels in. Het is belangrijk dat u kijkt waar het zicht in de linkerhoek van de binnenspiegel ophoudt. Op die manier zorgt u ervoor dat het zicht daar verder gaat waar het in de binnen spiegel ophoudt.
Voor uw gevoel betekent dat waarschijnlijk dat u uw spiegel heel erg ver naar ‘buiten’ afstelt, maar de gedachte hierachter is dat het verkeer zich niet afspeelt in de zijkant van je auto, maar op de weg. Ook is de dode hoek hiermee minder, al blijf het natuurlijk wel opletten. De rechter buitenspiegel stelt u zo af dat u een goed zicht hebt.
Lukt het niet om uw zithouding goed te krijgen, krijgt u bij autoritten rugpijn of pijn in nek of schouder, neemt u dan contact op met onze praktijk. De ergotherapeuten kunnen met u kijken of stoel en spiegels goed zijn in gesteld, of dat er wellicht aanpassingen nodig zijn.